Dag 10, Zondag 8 september 2013
Tegen 7u30 ben ik up and about. Er is veel bewolking, maar de zon is ook van de partij.
Er staan weinig km op het programma, dus op ‘t gemakske.
Eerst naar de supermarkt en de bijhorende bakkerij om wat proviand in te slaan. Eenmaal die terug in de tent gedumpt, begin ik aan de eigenlijke uitstap.
Via de Vallée de la Clarée ga ik naar boven richting Bardonècchia. Daar volg ik de pijlen naar Rochemolles. Ik heb ergens gelezen dat je in principe op zondag de Sommeiller niet op mag. Maar ik ben hier nu toch, ik ben nieuwsgierig dus ga ik eens zien hoe ver ik geraak.
Eens op de juiste weg start je met een brede tweevaksbaan in perfect net aangelegd asfalt die parallel loopt met de autosnelweg. Dan gaat ze over in een smaller baantje met nog altijd redelijk goeie asfalt. Hoe hoger, hoe smaller (tot amper een auto breed, en er is een busdienst tussen Bardonècchia en Rochemolles...) en hoe slechter de staat van het wegdek.

In Rochemolles vind ik de eerste wegwijzer naar de piste, maar nog geen verbodsbord.
Verderop aan het tweede bord stopt het asfalt en gaat het verder over een piste die in goeie staat is en nog steeds geen verbodsbord. Tiens tiens, zou je dan toch naar boven mogen?
Hier en daar moet ik wat opletten, niet dat het moeilijk wordt, maar gewoon een paar (vriendelijke) waarschuwingen (voor wat komen gaat...).
Zo via het stuwmeer
om dan wat verderop op een soort van een picknickplek uit te komen.
Vanaf nu begin ik langzaamaan boven de boomgrens te komen en kan ik wat meer rondkijken. Nu begint het trouwens ook te klimmen met hier en daar van die springschansen op de piste. Niet leuk als de vering nog altijd op straatgebruik staat (trouwens ook niet voor de eenzame auto die hier rijdt).
Dus aan de kant en die een stuk zachter zetten. De bandendruk laat ik voorlopig zo. Als het echt nodig is, kan ik die dan ook nog aanpassen.

Verderop passeer ik aan een afslag naar een refuge, waar ik een aantal zie stoppen die net van boven kwamen.

Nu kom ik aan de eerste uitdaging: een aantal krappe haarspeldbochten. Ik passeer langs een waterval en krijg de thumbs up van een paar endurorijders die net met hun lichte ktm's de top hebben bedwongen. Na een eind kom ik aan de “weide” en rij het brugje over ipv door het water (ik neem al genoeg risico's en waarom moeilijk doen als het makkelijk kan).

Eenmaal boven heb je een mooi zicht vanwaar je komt.

Verderop vind je zelfs nog stukken oud wegdek. Maar laat u niet vangen, want de moeilijkheidsgraad stijgt aanzienlijk!

In 2 bochten is het zelfs compleet van de pot gerukt. Zoveel grote en losliggende stenen

. Pff, da's zweten.
Voor de laatste reeks haarspeldbochten (jaja ze zijn er wel degelijk op deze foto) stop ik want een colonne jeeps is net met de afdaling begonnen. Ik laat ze eerst passeren vooraleer ik verder ga. De laatste jeep stopt naast me en de chauffeur zegt dat het “difficile” is. Ik bedank hem voor de waarschuwing, we zien wel. De laatste bochten waren ook niet van de poes. Wanneer ik de derde haarspeld doorgezwoegd ben (ze lagen inderdaad moeilijk) zie ik in mijn ooghoek dat de jeep beneden is blijven staan, voor het geval dat (veronderstel ik). Wel vriendelijk van die man. De rest verloopt relatief makkelijk.

En voor ik het weet sta ik aan de balustrade. Nooit gedacht dat ik dit ging doen, ik ben dan ook reuzecontent.
Er liggen twee koffers aan de afsluiting.
Hogerop zie ik dat die zeer waarschijnlijk toebehoren aan een koppel die hunnen brommer naar boven de 3.000 heeft gebracht. Daar doe ik niet aan mee. Eerst en vooral is het duidelijk dat dit niet mag en ten tweede zie ik niet echt hoe ze daar zijn geraakt. Zal me worst wezen.

Na een foto van het meertje, maak ik me klaar om terug naar beneden te rijden.
Net als ik vertrek, komen er 2 Duitsers boven. Je bent dus zelden alleen hier boven. En maar goed ook, stel je voor dat je valt en je kan niet meer weg... De ene zit op een HPN80 en de andere op een DR650.
Op 't gemakske rij ik naar beneden. Zoals P-man in zijn verslag meldde, ervaar ik ook dat de afdaling makkelijker verloopt. Zelfs de moeilijke haarspeldbochten vormen niet echt een probleem. Ik zie dat de Duitsers ook al afkomen, dus ga ik op de weide aan de kant en schiet wat foto's van de omgeving.

De man op de HPN stopt en stelt voor een fotooke te nemen van mij in actie. Heel vriendelijk van hem.
Tijdens de afdaling stel ik wel vast dat ik met de voorrem een stuk meer voeling heb dan met de achterrem. Voor ik het weet blokkeert het achterwiel, wat in deze omstandigheden echt niet aangenaam is.

Afing, zonder verdere incidenten passeer ik terug aan de waterval.
Tijd voor een fotootje.

Niet te lang daarna komen de 3.000m snoodaards aan. Het blijkt warempel een koppel “op leeftijd” te zijn. Zo zie je maar, op kattenkwaad staat er geen leeftijd.

Terug op de picknickplek rij ik naar een nog vrije tafel, de andere zijn bezet door de Italianen met hun jeeps. Het is 14u tegen dat ik eindelijk kan eten. Tegelijk geniet ik van de omgeving en van het zonnetje. De lichte ktm'ers en later de Duitsers zwaaien lustig wanneer ze me passeren.
Terug in Bardonècchia, volg ik dezelfde baan die ik gisteren heb gevolgd, maar dan in omgekeerde richting. Tof baantje, volle witte lijnen alom, niks van aantrekken en knallen maar.

Op naar de volgende piste van de dag: de Finestre.
Hoe dichter ik kom hoe zwaarder de bewolking, maar het blijft nog droog.
In Susa vind je redelijk makkelijk de juiste weg naar de pas.

Die begint van direct heel smal met snel op elkaar volgende haarspeldbochten (65 in totaal!

) in het bos. Dus opletten voor de bladeren die op het overigens goeie wegdek liggen. Ik denk dat ik tijdens het oprijden slechts 1 tegenligger heb gekruist.

Plots gaat het asfalt over in piste die er toch niet zo makkelijk bij ligt als dat ik verwachtte. Het moet al een tijd geleden zijn dat de Giro hier gepasseerd is. Moesten ze dat nu doen, dan zouden er velen een platten tuub hebben.

Het weer zit niet echt mee, want ik zit van langs om meer in de wolken te rijden.

In een haarspeld moet ik net een voetje zetten om niet te vallen over de vele kleine losse keien die er liggen.

Kort daarna passeer ik 2 RT's die behoedzaam naar beneden rijden.
Ook hier zijn er boerkes die hun koeien en/of schapen hoeden. Zo kom ik achter een aftandse 4x4 die stinkende walmen uitbraakt. Ik hou het niet meer uit, maar ondanks het feit dat de chauffeur mij gezien heeft doet ie niet de minste moeite om mij te laten passeren. Dan neem ik zelf maar het initiatief. Ei zo na knal ik in zijn flank, maar ik ben er voorbij. Oef, terug frisse lucht.
Op de top zie ik een boswachter staan die aan babbelen is met een paar mensen. Ik moet direct denken aan Koppel!! en Muug hun avonturen, maar de man beperkt zich tot een vriendelijke hoofdknik.

Jammer van de mist, maar dat geeft mij het excuus om hier nog eens te komen.
Hier op de top gaat de piste terug over in een gewone weg.

Ik nader de afslag naar de Assietta kamroute. Die staat ook op het programma, maar ze ligt letterlijk in de wolken.

Ik besluit dan ook direct om die niet te doen. Wat voor een zin heeft het hierop te rijden als je toch niet van de omgeving kan genieten? 't Zal voor later zijn. Uitstel is geen afstel.
Hoe dichter ik bij de grens kom, hoe dreigender. In Clavière ist van dat, de hemelsluizen gaan open.

De auto's kruipen vooruit alsof ze op ijs rijden. Kletsnat kom ik na 19u terug op de camping aan. Na een deugddoende douche laat ik de motorbroek en vest in de sanitaire blok drogen.
Doodmoe, trek ik mij terug in de tent. Ondertussen is het nog altijd aan het regenen en hier onder de bomen zijn de druppels nog dikker dan normaal. Les voor de volgende keer: uw tent niet onder de bomen zetten als je weet dat het zal regenen.
Terwijl ik de foto's op pc zet, eet ik de koude pla die ik vanmorgen heb gekocht. Dan wat aan de kant doen, tappen in de oren en slaapzak in.
Bonne nuit.
beter de bocht overschatten en jezelf onderschatten, het omgekeerde kan je een pak geld kosten...
Lid BMW MC VL